Identificatie en beschrijving | |
---|---|
Titel | Villatuin uit het interbellum |
Provincie | Limburg |
Gemeente | Borgloon |
Deelgemeente | Borgloon |
Bron | Schepping: 2013-10-02 Bijwerken: 2017-05-30 URI: https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/134273 |
Locatie | Stationsstraat 36 (Borgloon)Stationsstraat |
Coördinaten | Breedte: 5.34416113749 Lengte: 50.8073274001 |
label.localisation | [50.8074442452,5.34497155266], [50.8070299871,5.34477375333], [50.8071296335,5.34392672618], [50.8071890857,5.34342133664], [50.8072137825,5.34342775295], [50.80763087,5.34348222654], [50.8076249076,5.34352981349], [50.8075644531,5.34401227503], [50.8074442452,5.34497155266] |
Tuin bij een huis uit de jaren 1930, met modernistische kenmerken.
De villa werd in de late jaren 1930 gebouwd door de eigenaar van één der plaatselijke stroopfabriekjes. Het is een groot gebouw met complexe plattegrond, ondergrondse garage, hoog, zwart pannendak en bakstenen gevels met onderbouw in donkerder bakstenen, balkons en pergola en verzorgde detaillering in een voor de tijd typische vormgeving (ingangspui met leuning, verlichtingsarmatuur, deurbel, diefijzers). Het huis verdeelt het rechthoekige perceel in een voortuin, zijstroken, een achtertuin en een achteraan gelegen voormalige moestuin. De overgangszones tussen huis en tuin kregen bijzondere aandacht en zijn kenmerkend voor de tijd van ontstaan. Dit is ook het geval voor het mate riaalgebruik (breuksteen, flagstones) in de tuin.
De voortuin is van de straat gescheiden door een strak geschoren ligusterhaag, links en rechts onderbroken door twee gemetselde vierkante pijlers met dunne deksteen van arduin, die de opritten aanduiden. Rond het huis loopt een rondweg afgeboord met breukstenen, die toegang geeft tot een terras dat het huis aan drie zijden omringt en zodoende de tuin sterk op het huis betrekt. De oorspronkelijke betegeling van flagstones is slechts ten dele bewaard, in de trappen (met uitgespaarde plaatsen voor planten) achteraan en bezijden het huis en in het terras op de hoek met de halfondergrondse garage. Het terras bij de voordeur heeft keermuren van donkere bakstenen met wit voegwerk en als beveiliging zwartgeschilderde ijzeren buizen met horizontaal karakter en grote bollen op de laspunten; deze leuningen benadrukken de horizontale lijnen in de gevels. Rechts van de arduinen trappen naar de voordeur ligt een strak geschoren haag van taxus (Taxus baccata) waarin drie hogere bollen uitsteken. Een kleinere, gelijkaardige haag en struiken waarin coniferen overheersen, bepalen de inspringende rechterhoek van het huis. De beide opritten flankeren een half cirkelvormig gazon met lage sierstruiken en buxusbol, als voortuin.
Een volgroeide witte paardekastanje (Aesculus hippocastanum) op de linker perceelsgrens, biedt met zijn brede kruin een tegengewicht voor het zware volume van het huis. Hij heeft aan zijn voet een in U-vorm geplante haag van geschoren liguster en wordt begeleid door een groenblijvende struikenrand met onder meer geel gevlekte aucuba (Aucuba japonica 'Variegata'). De kastanjeboom is de aanzet voor een randbegroeiing met restanten van gewone haagbeuk op rij (Carpinus betulus), die tot achteraan in de tuin doorloopt en de achtertuin afschermt. De gemengde groene rand is onderbroken door een U-vormig dienstgebouw met hondenkennel en duiventil, beschaduwd door een esdoorn (Acer platanoïdes Globosum). Er tegenover is, in de als bloembak behandelde keermuur naar de garage, een rij in kleur variërende hortensia's geplant.
De groene rand langs de rechter perceelsgrens bestaat uit zilverlinde (Tilia tomentosa), Amerikaanse gleditsia (Gleditsia triacanthos) en gewone esdoorn met purperrode bladonderzijde (Acer pseudoplatanus 'Purpureum'). Ter hoogte van de achtertuin domineert de kleur en het volume van een bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea'). De zijstrook ligt verder in gras.
De achtertuin is een langgestrekt, licht verzonken gazon. Cotoneaster en enkele ronde snoeivormen in een halfcirkelvormige grasstrook tussen rondweg en tuin, vormen de overgang met het huis. Op beide zijden is de tuin beschut door de vermelde groene rand en achteraan is een smalle doorkijk vrijgehouden op het landschap van voorheen fruitplantages, nu een maïsveld en nieuwe bebouwing. De bomen- en struikenrand links, heeft een bloemenborder met kronkelend verloop, achteraan eindigend op een voor de aanlegtijd kenmerkend, cirkelvormig terrasje van breuksteen met een tuinbank op bakstenen sokkel. Rechts, aan de voet van de vermelde bruine beuk, is een half cirkelvormige bank met zitting van breuksteen gemetseld, bereikbaar langs een smal wandelpad dat vanaf de rondweg vertrekt en doorloopt tot achteraan. De rechter bomenrand verbreedt trapsgewijze naar achter toe, wat wordt aangegeven door een lage keermuur van breukstenen (met uitsparingen voor plantengroei) die ook de achterste begrenzing van het gazon vormt. In de zo ontstane bredere bomenstrook in de rechterhoek, met naast taxus, buxus, Oost-Amerikaanse hemlock (Tsuga canadensis) en magnolia (Magnolia grandiflora) een dominerende Californische schijncipres (Chamaecyparis lawsoniana), loopt het pad naar de achteraan gelegen voormalige nutstuin. Deze is eveneens bereikbaar via een breukstenen trede in het muurtje. De moestuin, mogelijk een latere uitbreiding (met langsas loodrecht op die van het gazon), is nu voornamelijk in gras omgezet op een strook als rozen- en bessentuin na. Links werd een tuinierskamer gebouwd die nu de achtergrond is voor de tuin en beschaduwd wordt door een Amerikaanse amberboom (Liquidambar styraciflua). Het huis is architecturaal niet volledig geslaagd maar heeft niettemin waardevolle details met ontwerpkwaliteiten en de tuin bezit een aantal tijds typische vormen en materialen, onder meer een grote variëteit aan coniferen.
Bomen
Naast de reeds vermelde: vederesdoorn met geel blad (Acer negundo 'Auratum'), Japanse vingeresdoorn (Acer palmatum), ruwe berk (Betula pendula), gewone buxus (Buxus sempervirens), een dwergvorm van Californische schijncipres (Chamaecyparis lawsoniana), gewone hazelaar (Corylus avellana), doodsbeenderenboom (Gymnocladus dioicus), mooi exemplaar bonte beshulst (Ilex aquifolium 'Argenteomarginata'), compacte vorm van Kaukasische spar (Picea orientalis 'Gracilis'), weymouthden (Pinus strobus), gewone plataan (Platanus x hispanica), gewone robinia (Robinia pseudoacacia), gewone taxus (Taxus baccata), tamarisk (Tamarix).
Auteur: De Maegd, Christiane
Auteur: Van den Broeck, Myriam
Datum: 2007
Titel Text: Interbellumtuin
Tuin bij huis uit de jaren 1930 bij Stationsstraat 55 (Vlaamse Gemeenschap, 14-05-2007, ©Vlaamse Gemeenschap)
Hasselt, Archief van het Kadaster, Opmetingsschets 1929 nr. 3 (verkaveling), 1932 nr. 4 (rechttrekking van de straat) en 1939 nr. 8 (bebouwing).
Datering: interbellum,
Typologie: afsluitingshagen, duiventillen, hondenhokken, sierhagen, siertuinen, zitbanken