Identificatie en beschrijving
Titel Kamp van Beverlo: Koninklijk Park, Nieuw Park en militaire begraafplaatsen
Provincie Limburg
Gemeente Leopoldsburg
Deelgemeente Leopoldsburg
Betrokken personen Creten, Gillis
Functie van de auteur Ontwerper
Bron Schepping: 2014-08-22
Bijwerken: 2017-05-30
URI: https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/134648
Locatie Leopoldsburg (Leopoldsburg)
Coördinaten Breedte: 5.27133364891
Lengte: 51.1139230464
label.localisation [51.1088533099,5.26457606824], [51.1096827911,5.26451165231], [51.1106700213,5.26429763604], [51.1124516286,5.26396250056], [51.1125508756,5.2655221646], [51.1137858821,5.26528903481], [51.1135900271,5.26313323989], [51.1133682912,5.26038294967], [51.1131982971,5.25878979095], [51.1130813397,5.25822545939], [51.1128543638,5.25749859781], [51.1130848528,5.25775982072], [51.1136175817,5.25815534007], [51.1148054625,5.25880435587], [51.1150673747,5.25892181784], [51.1153962379,5.26355322308], [51.1154564059,5.26495155971], [51.1179723452,5.26442965168], [51.1184525257,5.27104807367], [51.1190090523,5.27886456137], [51.1150962471,5.27963138464], [51.1112693005,5.28039172102], [51.1101962942,5.28059569495], [51.1088395533,5.26507359819], [51.1088533099,5.26457606824]

Primaire tekst

Koninklijk Park en aansluitend Nieuw Park, beide in landschappelijke stijl, horend bij het Militair kamp van Beverlo en daterend uit de tweede helft van de 19de eeuw. Belangrijke bomen. Twee militaire begraafplaatsen, een Belgische uit 1928 en een Britse voor de gesneuvelden van 1939-1940, sluiten bij het Nieuw Park aan.

Onstaan en vroegste geschiedenis

Ko­ning Leo­pold I liet het Kamp van Beverlo in 1835 op­richten tegen de Nederlandse buurstaat, op een moment dat de landsgrenzen hier nog niet vast lagen. Het kamp werd in een eerste fase aangelegd door de genietroepen en vanaf 1846 door de 'sans­ flo­ches' of strafcompagnie en door de Land­bouw­school van Gem­bloux, naar plan­nen van gene­raal en mi­nis­ter van oorl­og P.E.F. baron Cha­zal (1808-1892), die er met een monument wordt herdacht, en van kolonel De­ma­net. Inten­sieve aanplan­tingscampagnes waren nodig als scherm tegen het stuif­zand van het heidege­bied. Aanvankelijk be­stond het kamp uit stro­hut­ten en hou­ten ba­rak­ken, die vanaf 1846 vervangen werden door ge­bouwen in duur­za­mer mate­rial­en.

Een eerste park van 6 hectare werd aangelegd in 1837 op een in twee verdeeld rechthoekig terrein met in het zuidelijk gedeelte een land­schap­pe­lijk park rond de 'Bar­aque du Roi' en ten noor­den een parkbos als een klas­siek sterrebos met vier­kant grond­plan, cen­trale cir­kel­vormige open plek en acht ra­diale dreven. Deze aanleg leest men op de kaart van Van­der Mae­len 9/3.

De kaart van Vander Maelen 4/15 laat een meer geëvolueerde toes­tand zien, na de uitbreiding van 1846-1851 ­tot 40 hectare. Het noordel­ijk parkbos is verdwenen, het park rond de ko­ninklijke barak 'Palais du roi', is ver­groot in noordelijke en weste­lijke richting en ten zuiden ligt het 'Nieuw' park, zoals het nu nog wordt genoemd. De 'Guide Cas­taigne' besprak het kamp in volgende bewoor­dingen: "Heeft men niet toegegeven aan luxe, dan heeft men voor al de lichte constructies wel elegantie nagestreefd en zelfs een rustiek karakter gezocht dat hier wel past en aangenaam is om zien. Men heeft er stap voor stap een bewonderenswaardig en handig getekend park aangelegd met grasvelden en parterres, mooie bomen, lange lanen. De werkelijk weelderige vegetatie bezorgt deze plek een zekere frisheid en aantrekkelijkheid en geeft ze een poëtische allure".

De Dépôt-kaart (opname 1871, uitgave 1876) toont hoe het legerkamp in zijn totaliteit georgani­seerd was, welke centrale plaats de beide parken  – op de kaart als één geheel 'Parc royal' genoemd – daarin innamen en hoe het dorpsplein, en later de dorpsbebouwing, er bij aansloot. De aanleg reflec­teert de bestemming en de mili­tai­re hië­rar­chie. Het park ligt ten zuidoosten in de gemeente en is inge­schre­ven in de ras­ter­aanleg van het kamp, op­gevat als een dam­bord met cen­traal het Ko­ninklijk Park en ten zuiden het Nieuw Park, benaming die pas verschijnt op de stafkaart van 1935. Van­uit het voor­mal­ig Ko­ninkl­ijk Paviljoen vertrokken twee nu nog bestaan­de radialen naar het noordoosten en het zuid­oosten als gan­ze­nvoet in het kamp. Het dorp neemt de noord­wes­tel­ijke hoek in. Het noorde­lijk park werd naderhand het Park der Offi­cie­ren en was aanvankelijk aan­ge­legd bij het nu ver­dwenen houten Huis van de Ko­ning, een ont­werp van kapi­tein Lery uit 1835, dat op de afbeeldingen een Rus­sische uitstraling heeft. Zoals ook in Laken het geval, was de spoorlijn tot daar doorgetrokken. Het nieuw Park werd het Park der On­der­of­fi­cie­ren en was on­der­gronds verbon­den met het ko­ninkl­ijk ver­blijf. De kaarten met de terreinopname van 1887 en 1935 laten de wijzigingen en verschuivingen zien in het padenpatroon, maar ook de verdwijning van het koninklijk paviljoen, de vervanging van de kerk door een veel grotere, nu gelegen op een ruime kavel in de as van het Koninklijk park. Eertijds was de ingang tot het park aange­duid met kettingpa­len van natuur­steen, uitl­o­pend op bollen. Het Nieuw Park is nu als ge­meen­tel­ijk park open­­gesteld en sluit zowel de Britse als de Belgi­sche Mili­taire Be­graaf­plaats in.

Het Koninklijk Park

Het Koninklijk Park is nu begrensd door de Leo­pold I-laan ten noor­den, de Zegeplaats ten oosten, de Leo­pold II-laan ten zuiden en de Koningin Louisalaan ten wes­ten. Het Nieuw Park is be­grensd ten noorden door de Leopold II-laan, de Gravin van Vlaanderenlaan ten oosten, de Graaf van Vlaande­renlaan ten zuiden en de Vlaanderenlaan ten westen.

Het Koninklijk park strekt zich nu uit bij het voor­malig pa­vilj­oen van de Mi­nis­ter van Oor­log, nu Astridclub of Mess der Offi­cie­ren, ­in 1835 in hout gebouwd, in 1886 in bak­steen­met­sel­werk her­op­ge­trokken en in 1950 ge­restaureerd. Het park heeft zachtglooiende grasvelden met rond­we­gen, soli­taire bo­men, bomengroepen en groengordels en kunst­matig opge­wor­pen dammen aan de ka­vel­randen. Dezelfde boomsoorten komen in de ver­schil­lende parkdelen voor. De oorspronkelijke paden­struc­tuur uit de tweede helft van de 19de eeuw is bewaard. Het paviljoen van de Commandant van de Genie, nu Direc­tie der Mili­taire Bouw­werken, in de zuid­westelijke hoek van het Koninkl­ijk Park, in ver­zorgde architectuur in pittoreske stijl uit 1869, heeft eveneens een tuin in landschappelijke stijl met vij­ver en rus­tieke para­sol met rie­ten beda­king.

Een openbaar parkj­e werd aan­gelegd be­gin van de 20ste eeuw rond de Onze-Lieve-Vrouw-Hemel­vaart­kerk uit 1899-1903, ge­bouwd door kapitein Lebrun en zijn ge­niesol­da­ten. Het geodetisch punt met bak­stenen sokkel op een artificiële heuvel dateert uit 1851 zoals aangegeven in een jaarsteen en ligt ten zuiden in het Koninklijk Park. Er­naast, blijft de uitgegraven water­partij als poel over.

Het Nieuw park

Het Nieuw park in landschappelijke stijl heeft een meer groots ka­rak­ter en ligt bij de mess der Onder­officieren of Club Prin­ses Pao­la. Het bestaat uit gras­velden met een rondweg en een bomengor­del en behoudt eveneens de oorspronkel­ijke pa­den­struc­tuur. De mees­te ge­bou­wen ver­dwenen metter­tijd.

De ijskelder uit 1837, 80 m3 groot en van bak­steenmetselwerk werd in het Nieuw park ge­bouwd in functie van het Militair Hos­pi­taal en voor het Huis van de Koning. Voorheen stond op de top een rustiek acht­hoe­kig pa­vilj­oen­tje van boom­stam­men en een stro­dak, een geliefde stijl in de 19de eeuw, ver­want met de muziek­kiosk die zich eer­tijds be­vond op het Ko­ningsplein in Leo­polds­burg.

De Begraafplaatsen

De Belgische Militaire Begraafplaats werd aange­legd in 1928 aan de Leo­pold II-laan en werd ach­teraan uitgebreid voor Belgische gefusilleerden van de Tweede Wereldoorlog en voor enkele Russische soldaten. De oorsprong is echter iets ouder: in 1916 werden hier eerst Duitse soldaten begraven en pas na de Eerste Wereldoorlog ook Belgische. Een zwart geschilderd, moder­nis­tisch smeed­ijze­ren hek met kader en middenregel van vier­kan­te ­ bui­zen, een blind­bord in de on­der­ste helft en tussen­reg­els van platte staven in de bovenste helft, dient als toe­gang. Die is gevat tussen lage muren van bruine breuk­steen met geac­cen­tu­eerd voeg­werk en lan­taarns van smeed­ijzer met geha­merd glas, van de­zelfde ma­kelij. Een brede rech­te laan in rode steen­slag leidt naar het witge­schil­derd me­mori­aal voor de onbeken­de krijgsge­van­genen; een tweede gelijkaar­dig memo­riaal gedenkt de onbe­kende poli­tieke ge­van­genen uit de Tweede We­reld­oorl­og. Op het gras­veld liggen de sol­da­ten­gra­ven gealig­neerd volgens een geometrisch patroon. De bomen van het park dienen als beschuttend scherm, en een gesnoeide laurierhaag lijnt de begraafplaats af.

De Britse Militair begraafplaats ligt aan dezelfde laan en is van de straat gescheiden, niet door een muur of haag maar door een gracht, wat het een open karak­ter bezorgt. Het heeft een inge­met­sel­de ge­denk­steen 'Leo­polds­burg War Cemetry 1939-1945' in de in­gangs­par­tij. Die is gebouwd in ver­zorgd baksteenmetsel­werk met plint en dek­steen van witte natuur­steen, heeft slan­ke pijlers met bekro­nende hoge vazen, gevat tussen lage muur­tjes met een inge­bouwde zitbank, eveneens in witte na­tuursteen. Het laag hekje heeft vier­kante stijlen, regels, ge­tors­te spijlen, een ­bekronend sier­vaasje op de stijl en een siervoluut tussen de spijl­en. Het ge­denk­kruis in witte natuursteen staat op een getrapte sokkel van hetzelf­de materiaal. Op het uit­ge­strekte gazon liggen de graf­stèles van witte na­tuur­steen in lange bloe­men­bedden op rij. Hier ook spelen de bomen van het park met hun volume en kleur de functie van achtergrond en scherm. Een losse haag van azalea, rododendron en magnolia, achteraan in apsisvorm beëindigd en aangevuld met enkele schijncipressen, benadrukt de grens. De naam van de ontwerper Philip Hepworth is vermeld op een steen in de memoriekapel.

Bomen
Het cijfer tussen haakjes is de stamomtrek in cm, gemeten op 150 cm hoogte.

In het Koninklijk Park:

Laan van Amerikaanse eik (Quercus rubra) en van zomereik (Quercus robur), en twee parallelle laantjes van tamme kastanje (Castanea sativa) en van groot­bladige linde (Tilia platyphyllos). Twintig kogel­acacia's (Robinia pseudoacacia 'Umbraculifera') op het pleintje bij de Astrid­club of de mess der officie­ren. Ver­der kogelesdoorn (Acer pla­ta­noi­des 'Globo­sum'), Ame­ri­kaan­se eik, bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea'), Ame­ri­kaan­se vo­gel­kers (Prunus serotina), Euro­pese lork (Larix decidua), fijne spar (Picea abies), gewone esdoorn (Acer pseudoplatanus), gewone lijs­ter­bes (Sorbus aucuparia), gewone robinia (Robi­nia pseudoacacia), grootbladige linde, grove den (Pinus sylvestris), Holl­andse lin­de (Tilia x vulgaris), hemel­boom (Ailanthus altissima), Cali­fornische schijncipres (Chamaecyparis lawsoniana), Noor­se esdoorn (Acer platanoides), ruwe berk (Betula pendula), tamme kastan­je (Castanea sativa), twee maal twee exemplaren Ierse taxus (Taxus baccata 'Fas­tigiata') aan het gazon bij de Officieren­club, een ­ jonge Wey­mouthden (Pinus strobus), witte paardenkastanje (Aesculus hippocastanum), zil­ver­es­doorn (Acer saccharinum), Coloradozilverspar (Abies concolor) en zo­mer­eik.

En de opgemeten exem­plaren: gewone esdoorn met bont blad (Acer pseudopla­nanus 'Leopoldii') (164 cm), gewone esdoorn met donkerroodpurperen bladonderkant (Acer pseu­dop­latanus 'Atropurpureum') (220 cm, met ko­pent), tamme kastanje (241 cm), bruine beuk (313 en 524 cm), varenbeuk (Fagus syl­va­tica 'As­ple­ni­fol­ia') (217 cm), amberboom (Liquidambar styraciflua) (114 cm), Weymouthden (174 cm), witte abeel (Popu­lus alba) met twee tak­ken (183 en 165 cm), zomereik met bolstaand blad (Quer­cus robur 'Cucu­lata') (316 cm), Quer­cus x he­ter­op­hy­lla (349 cm) met voe­tent en laag vertakt, Amerikaanse eik met zwa­maantas­ting (378 cm) en een gezond exem­plaar (358 cm), gewone robinia (214 cm) en veldiep (Ul­mus carpinifolia) (184 cm) in slech­te staat.

In het Nieuw Park:

Amerikaanse eik, bruine beuk, fijne spar, gewone lijsterbes, gewone taxus, Californische schijncipres, ruwe berk, tam­me kas­tan­je, ­ zo­mer­eik. Kaukasische zilverspar (Abies nordmannia) (212 cm), witte paardenkastanje met zwam en 6 stammen waarvan één uitgescheurd (520 cm aan de voet), tamme kastanje (293 cm), bruine beuk (265, 328, 444, 450 en 512 cm, de laatste in slechte gezond­heid), ongedoornde valse christusdoorn (Gle­dits­ia tria­can­thos 'Iner­mis') (112 cm), fijnspar (195 cm) en mammoetboom (Se­quia­den­dron gi­ganteum) (511 cm).

Auteur: De Maegd, Christiane

Auteur: van den Bossche, Herman

Datum: 2006

Titel Text: Kamp van Beverlo, Koninklijk Park, Nieuw Park en militaire begraafplaatsen

Grafische documenten

De Britse Militaire Begraafplaats met brug over de omgrachting en ingangsportiek. (Pauwels, Oswald, 01-01-2006, ©Vlaamse Gemeenschap)

De Belgische Militaire Begraafplaats in het kamp van Beverlo. (Pauwels, Oswald, 01-01-2006, ©Vlaamse Gemeenschap)

Het Koninklijk Park in Leopoldsburg. (Pauwels, Oswald, 15-05-2006, ©Vlaamse Gemeenschap)

Een monumentale bruine beuk in het Koninklijk Park van Beverlo. (Pauwels, Oswald, 01-01-2006, ©Vlaamse Gemeenschap)

Bibliografie

Topografische kaart van België, Philippe Vandermaelen, uitgegeven in 1846-1854, schaal 1:20.000.

S.N. s.d.:Guide Castaigne, La Belgique à vol d’oiseaux, Brussel.

SOMERS D.1987: Studie ter voorbereiding van de restauratie van een aantal gebouwen en gedenktekens in het kamp van Beverl­o, onuitge­geven nota, Leopoldsburg.

WEUTS S. 1985: Honderdvijf­tig jaar kamp van Beverlo, Leopolds­burg.

Mondelinge informatie verkregen van commandant Deckers en de heer O. Gelaesen.