Identificatie en beschrijving | |
---|---|
Titel | Relict van de eilandtuin van het kasteel van Opvelp |
Provincie | Vlaams-Brabant |
Gemeente | Bierbeek |
Deelgemeente | Opvelp |
Bron | Schepping: 2015-05-13 Bijwerken: 2017-05-30 URI: https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/300780 |
Locatie | Verbranden Toren 1 (Bierbeek)Verbranden Toren |
Coördinaten | Breedte: 4.79822275121 Lengte: 50.8112052481 |
label.localisation | [50.8112646125,4.79982058107], [50.8110305918,4.7986620469], [50.8110913117,4.79862962643], [50.8109316213,4.79792830347], [50.8107614688,4.7971810745], [50.8107325277,4.79705399348], [50.8107005059,4.79688212992], [50.8107098023,4.79672981346], [50.8107372752,4.79667299689], [50.8107314487,4.7966439424], [50.8107988153,4.79649966066], [50.8107967467,4.79649108732], [50.8107911022,4.79646769008], [50.8107900748,4.79646342977], [50.8107865876,4.79644896799], [50.8107763744,4.79640660532], [50.8108024791,4.79638688472], [50.810815858,4.79637677787], [50.8108259282,4.79636917104], [50.8108463374,4.79645205037], [50.8108670614,4.79645187401], [50.8110084377,4.79645067421], [50.8110285122,4.79647236738], [50.8111250104,4.79689702415], [50.8111086981,4.79690646147], [50.8110979217,4.7969126971], [50.8113041426,4.79780217564], [50.811366987,4.79778090022], [50.8114767635,4.79827244303], [50.811506967,4.79840767034], [50.8116957372,4.79925296206], [50.8117623412,4.79955122998], [50.8116910323,4.79961531894], [50.8115850079,4.79967882103], [50.8115185913,4.79970820854], [50.8112646125,4.79982058107] |
Sporen van een kleine geometrische eilandtuin met brede grachten en 'sterrenbos', typisch voorbeeld van 18de-eeuwse aanleg rond een oude kasteelmotte in een dalbodemsite, circa 3 hectare; verwoest tijdens de 'Brabantse revolutie' in 1789 en afgebroken begin 19de eeuw.
In 1828 kocht Philippe-Antoine-Joseph Wouters de Bouchout, kasteelheer van Kwabeek in het nabijgelegen Vertrijk en senator, 90 hectare aan in de gemeente Opvelp, ongeveer één zevende van de totale gemeentelijke oppervlakte. In deze aankoop was ook het kasteelgoed van de voormalige heerlijkheid Opvelp begrepen. Het omvatte enkele niet nader gedefinieerde huizen, een toegangsdreef, een grote hoeve, een vijver van 21 are, een groot perceel (sectie A nr. 305; 1 hectare 8 are 20 centiare) dat in de Primitieve kadastrale legger als weide wordt aangeduid maar op de Primitieve kadasterkaart als water, een tuinperceel (nummer 290) en een ongeveer even groot perceel akkerland. Het grafische beeld op de kadasterkaart laat geen twijfel bestaan over de aard van deze weinig zeggende opsomming: een vrij gesofisticeerde, langgerekte, strak geometrische, classicistische tuin (70 meter breed en circa 500 meter lang, de dreef inbegrepen), waarin water een belangrijke rol speelt. De zogenaamde vijvers zijn de ringgrachten die twee rechthoekige landmassa's omgeven. Het afgeronde westelijke, naar de toegangsdreef toegekeerde uiteinde – nog steeds zichtbaar op het terrein – is mogelijk een relict van een oude donjonmotte. De lengteas van de aanleg vormt een stompe hoek met de Velpe stroomopwaarts, die op deze plaats, waar het dal van de Vloedgracht aansluit bij dat van de Velpe, naar het noorden afbuigt. Deze kromming in de vallei wordt overbrugd door een tweede element van aanleg: een perceel van 2 hectare, waarvan het gebruik in de Primitieve kadastrale legger wordt omschreven als "pré" en "oseraie" en dat lokaal nog altijd als de "wissevijver" wordt aangeduid.
Toen rond 1820 de eerste kadasterkaart werd opgemaakt, verkeerde het voormalige kasteelgoed in een terminale staat van verval. Van het kasteel, dat in 1790 elf kamers, een zaal en een kapel omvatte, en dat vermoedelijk het grootste gedeelte van perceel 290 besloeg, bleven nog slechts twee kleine gebouwen aan weerszijden van de toegang over. Het verval wordt wellicht benadrukt door het feit dat de precieze aard van de oude toegangsdreef in de kadastrale legger voorzichtig in het midden wordt gelaten: "avenue ou pâturage".
De Ferrariskaart (1771-1775) geeft een idee van de toestand van het goed aan het einde van het Ancien Régime, toen het bewoond werd door de familie Crabeels, de laatste feodale heren. Het aanlegpatroon dat nog doorschemert op de Primitieve kadasterkaart wordt op de Ferrariskaart gepreciseerd: de toegangsdreef, de twee 'eilandjes', de hoeve en de 'Wissevijver', toen nog een echte vijver. De kasteelgebouwen beslaan ongeveer de helft van het eerste eilandje (de latere percelen 290 en 291) en bestaan uit twee gebouwtjes, symmetrisch opgesteld ten opzichte van de ingang en vermoedelijk dienstgebouwen, en een tweede, groter, L-vormig gebouw tegen de noordelijke ringgracht aan, waarschijnlijk het hoofdgebouw. Op de oostelijke helft van dit eilandje (perceel 289) en op het tweede eilandje is een formele tuin met padenkruis zichtbaar. Het uitzicht van het oostelijke eilandje vertoont enig verschil met de Primitieve kadasterkaart, die een echte vijver afbeeldt met een rechthoekig eilandje dat aan beide uiteinden via brugjes of dammen met het 'vasteland' verbonden is. De ruimte tussen de hoeve en het kasteel wordt ingenomen door een boomgaard. Een markant element vormt het 'sterrenbos', ongeveer 1,2 hectare groot, op de helling ten zuiden van het tweede eilandje. Dit element – soms is de ster gehalveerd tot een 'patte-d'-oie' – vinden we terug bij andere klassieke tuinen in valleibodemsites, bijvoorbeeld het domein van Kwabeek te Boutersem (Vertrijk) en het domein d'Overschie te Huldenberg (Neerijse).
Tijdens de 'Brabantse omwenteling' van 1789 werd het kasteel geplunderd en verwoest. Crabeels was een belangrijk functionaris in de Oostenrijkse administratie en de volkswoede was gericht tegen al wat Oostenrijks was. Ook de boomgaard en het sluiswerk werden vernietigd. Mogelijk verwijst de naam van de wijk, 'Verbranden Toren', naar deze incidenten. Kort daarop werd het kasteel afgebroken en ontstond de toestand die op een kadastraal 'plan géométrique' uit de Franse periode wordt weergegeven. Op deze min of meer figuratieve kaart, het oudste kadastrale kaartdocument (datum onleesbaar maar vermoedelijk 1807-1810), zien we ook nog het sterrenbos en, onder het nummer 76, de Wissevijver. Na de verkoop van de kasteelsite aan de Opvelpse landbouwersfamilie Decoster in 1852 worden de overblijfselen van het kasteel tot boerderij gerecycleerd. In 1892 verdwijnen de ringgrachten uit het kadastrale beeld, maar in het huidige reliëf is het patroon dat wordt afgebeeld op de Primitieve kadasterkaart, inclusief de grachten en zelfs de twee dienstgebouwtjes aan de ingang van het kasteeleilandje, nog duidelijk herkenbaar. Bij een recente poging om in de ringgracht van het oostelijke eilandje een vijver uit te graven, werd metselwerk blootgelegd dat vermoedelijk tot de oorspronkelijke kaaimuren van de eilandtuin behoorde.
Auteur: Deneef, Roger
Auteur: Wijnant, Jo
Datum: 2004
Titel Text: Tuin van het kasteel van Opvelp
In 1892 verdwenen ringgrachten uit het kadastrale beeld maar in het reliëf zijn ze nog duidelijk herkenbaar, zoals deze zuidelijke grachtarm (Pauwels, Oswald, 01-01-2003, ©Vlaamse Gemeenschap)
Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Primitieve kadastrale legger Opvelp, art. 230 en 401.
Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Kadastrale opmetingsschets Opvelp 1892/2.
VANHOVE L., Opvelp. De agrarische struktuur van een dorp en heerlijkheid aan de hand van een pachtkontrakt uit 1496, Leuven, Belgisch Centrum voor Landelijke Geschiedenis, publicatienr. 77, 1983, p. 107-109.
WAUTERS A. (1876) Géographie et histoire des communes belges. Bruxelles, Culture et Civilisation, facsimileheruitgave 1963, p. 93 en 96.
Datering: 18de eeuw,
Typologie: grachten (infrastructuur), tuinen