Identificatie en beschrijving | |
---|---|
Titel | Domein Hooleyck |
Provincie | Vlaams-Brabant |
Gemeente | Landen |
Deelgemeente | Landen |
Betrokken personen | Le Hardÿ de Beaulieu, Antoine |
Functie van de auteur | Ontwerper |
Betrokken personen | Le Hardÿ de Beaulieu, Eric |
Functie van de auteur | Ontwerper |
Bron | Schepping: 2013-07-25 Bijwerken: 2017-05-30 URI: https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/134200 |
Locatie | Rumsdorpstraat 60 (Landen)Rumsdorpstraat |
Coördinaten | Breedte: 5.07809354512 Lengte: 50.7619733213 |
label.localisation | [50.7626027502,5.07852905016], [50.7621493707,5.07930643587], [50.7616539912,5.08015581517], [50.7608876267,5.07895795721], [50.7606217608,5.07854241322], [50.7610985242,5.0778433236], [50.7615922599,5.0770655928], [50.7616792901,5.07693263727], [50.7617492628,5.07682574307], [50.7617822968,5.07681259674], [50.7624766068,5.07653629326], [50.7624681577,5.07650690311], [50.7627563322,5.07639587495], [50.7628241384,5.0765131635], [50.7628506501,5.07647392271], [50.7628737568,5.07651334372], [50.7629032317,5.07656362991], [50.7629435509,5.07663241395], [50.763341928,5.07734664716], [50.7631335259,5.07768001858], [50.7626027502,5.07852905016] |
In 1884-1888 gebouwd, eclectisch kasteel domein van circa 2,5 hectare met landschappelijk park; ommuurde moestuin met serres en entreepaviljoen; rond een enkele zeldzame oude bomen en recente aanplanting van zeldzame soorten.
Het 'Kasteel Hooleyck' – vervorming van 'Oleit', de naam van de beemden langs de nabijgelegen Molenbeek – werd gebouwd in 1884-1888 door vrederechter Fernand Isidore Kempeneers op het Rumsdorpveld, halfweg tussen Landen en Rumsdorp. In 1912 werd het landgoed eigendom van zijn schoonzoon Philippe Cartuyvels, grootvader van de huidige eigenaar en bewoner. Hooleyck is een typisch voorbeeld van de talrijke eclectische kastelen en kasteeltjes die in de late 19de eeuw verrezen (naar ontwerp van een architect uit Borgworm, zie Kempeneers 2000) – een ruim landhuis van twee bouwlagen en een leien mansardedak, baksteenbouw maar met een breukstenen plint, witstenen banden en negblokken. Het heeft een complex grondplan en volume met talrijke in- en uitspringende bouwonderdelen (erker, glazen veranda, terrassen en balkons) en is uitbundig versierd (hoekpilasters, kroonlijsten, oeils-de-boeuf, dakkapellen met driehoekige en boogfrontons, kroonlijsten op modillons, vorstkammen en torenspitsen met windvaantjes van siersmeedwerk). Het kasteelkarakter wordt onderstreept door twee torens. Een glazen uitbouw aan de noordzijde herbergt een wintertuin met een pittoreske rotspartij. Het bijgebouw met het koetshuis, de paardenstallen en de vertrekken voor het personeel, op nauwelijks 10 m van het kasteel, trekt vooral de aandacht door zijn octogonaal hoektorentje, waarvan de specifieke dakvorm teruggaat op het pittoreske, exotische parkmeubilair dat sinds 1757 (de publicatiedatum van Designs of Chinese buildings door William Chambers) in allerlei modelboeken en publicaties werd aangeprezen en onder meer tot de bouw van talrijke 'pagodes' leidde. De initialen K en S, onder meer op de windvanen, staan voor de familienamen van de bouwheer en zijn echtgenote (Zélie Stevens). Aansluitend bij het koetshuis ligt de ommuurde moestuin, 12 are 13 centiare groot, met halve serres over de hele lengte van de op het zuidoosten georiënteerde muur. De toegang tot de serres gebeurt via een centraal achthoekig paviljoen met een mansardedak en met ongeveer dezelfde stijlkenmerken als het kasteel. De moestuin werd besproeid vanuit een centraal gelegen waterreservoir, een rond stenen bekken, omgeven door een metalen hek. Dit alles is nog grotendeels intact en wordt in een gereduceerde vorm (gras in plaats van groenten) gebruikt. In de serres worden nog steeds vijgen en druiven gekweekt. Tegen de Rumsdorpstraat aan, ten noordwesten van het kasteel, bevindt zich de ijskelder: een omgekeerd bakstenen 'ei' van circa 5 m diameter, toegankelijk via een recht, gewelfd sas met twee sluizen.
Met het oog op de aanleg van de 'lusttuin' voegde Kempeneers twee akkerpercelen (nrs. 655b en 705a) samen tot een geheel van 2 hectare 28 are. Op de stafkaarten van 1904 en 1932 wordt de structuur ervan duidelijk afgebeeld. De oprijlaan vertrekt aan de hoek van de Rumsdorpstraat met de Oscar Huysecomstraat, loopt in een weidse bocht op het kasteel toe en kruist daarbij de rondweg, die een groot ovaal beschrijft en min of meer de grens vormt tussen de centrale open ruimte en de dicht beplante randzone van het park. Alleen aan de oostzijde is deze gordel onderbroken en wordt een uitzicht gegund op het omgevende landschap. Van een vijver kon geen sprake zijn, want het Rumsdorpveld bestond uit droge leemakkers. Buiten de heuvel in de noordwesthoek, waaronder de ijskelder schuilgaat, is er nog ander architecturaal reliëf aanwezig: een heuveltje vlakbij de ingang links van de oprijlaan, een tweede aan de oostrand en een derde in het midden van het park. Het eerste heuveltje is beplant met bruine beuken (Fagus sylvatica 'Atropunicea'), het tweede met moerascipressen (Taxodium distichum), die vermoedelijk niet tot de oorspronkelijke beplanting behoren. Op het derde heuveltje staat een monumentale hangende zilverlinde (Tilia petiolaris). Tot de oorspronkelijke beplanting horen ook de mammoetboom (Sequoiadendron giganteum) bij de ingang van het domein en de zilveresdoorn (Acer saccharinum) op de ijskelder, en misschien ook een rode bastaardpaardenkastanje (Aesculus x carnea), een goudiep (Ulmus carpinifolia 'Wredei'), een groep van in een boog opgestelde platanen (Platanus x hispanica), een Noorse esdoorn met bruinrood blad (Acer platanoides 'Schwedleri'), een ginkgo (Ginkgo biloba), een groene es (Fraxinus pennsylvanica) en twee curiosa: een paardenkastanje-hybride (Aesculus x mutabilis) en een massief Japanse taxus (Taxus cuspidata). De recente aanplantingen, grotendeels op aanwijzing van tuinarchitect Antoine le Hardÿ de Beaulieu, zijn bijzonder interessant, onder meer ruigschorshickory (Carya ovata), Japanse haagbeuk (Carpinus japonica), tupeloboom (Nyssa sylvatica) en verschillende zeldzame soorten eiken (Quercus trojana, Q. texana, Q. dentata, Q. phellos 'Latifolia', Q. x ludoviciana), doodsbeenderenboom (Gymnocladus dioicus), koelreuteria (Koelreuteria paniculata) en diverse soorten esdoorns (Acer cissifolium, A. davidii, A. sieboldianum, A. triflorum). Een gedeelte van de ruimte ten westen van het kasteel werd recentelijk heraangelegd naar ontwerp van Eric le Hardÿ de Beaulieu.
Merkwaardige bomen (opname 4 augustus 2000)
Het cijfer in vet geeft de stamomtrek in centimeters weer. De omtrek wordt standaard
gemeten op 150cm hoogte.
Auteur: Cartuyvels, Alphonse
Auteur: Deneef, Roger
Auteur: Wijnant, Jo
Datum: 2008
Titel Text: Domein van kasteel Hooleyck
Cahier16_kasteel_Hooleyck_01 (Pauwels, Oswald, 31-03-2008, ©Vlaamse Gemeenschap)
Cahier16_kasteel_Hooleyck_02 (Pauwels, Oswald, 31-03-2008, ©Vlaamse Gemeenschap)
Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Oudste kadastrale legger 212 Landen art. 1840 nrs. 2, 4, 11-13.
Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Kadastrale opmetingsschets Landen 1888 nr. 2.
ANON., Het Kasteel 'Hooleyck" te Landen, in Ons Landens Erfdeel 3(8), 1980, p. 19-21 en p. 221.
DELMEIRE R., Kasteel Hooleyck, in Open Monumentendag Vlaanderen, Landen, Wonen, Geschied- en Heemkundige Kring van Landen v.z.w., 2007, p. 18-24.
KEMPENEERS P, Toponymie van Landen, in Onmoastica Neerlandica, monografie XVII, Leuven, K.U.L., Instituuut voor Naamkunde, 2000, p. 219.