Identificatie en beschrijving | |
---|---|
Titel | Tuin van de villa Victor Rigaux |
Provincie | Vlaams-Brabant |
Gemeente | Bever |
Deelgemeente | Bever |
Bron | Schepping: 2014-11-14 Bijwerken: 2017-05-30 URI: https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/134710 |
Locatie | Kamstraat 3 (Bever)Kamstraat |
Coördinaten | Breedte: 3.94538298595 Lengte: 50.7176497557 |
label.localisation | [50.717280464,3.9456379383], [50.717066707,3.94553466817], [50.7171398186,3.94505854501], [50.7172221609,3.94470663772], [50.7174002242,3.94480361181], [50.7181865144,3.94523183667], [50.7182259864,3.94525974813], [50.7181255923,3.94604624729], [50.7178956953,3.94593517528], [50.7178260039,3.94590150454], [50.7173481999,3.94567066331], [50.717280464,3.9456379383] |
Mooie villatuin van 60 are, aangelegd in 1895 volgens het 'schotelmodel' met gelobd vijvertje, boogbrugje, ondertunneld belvédèreheuveltje en een prieel van goudenregen.
Een jaarsteen boven de voordeur vermeldt 1894 als bouwjaar. Het jaartal wordt voorafgegaan door de initialen "V.R.D.", verwijzend naar de bouwheer Victor Rigaux-Devroede, een van de drie gebroeders-brouwers die aan de overzijde van de straat, 100 meter naar het dorp toe, een brouwerij uitbaatten. De villa was een sober, bakstenen dubbelhuis onder een leien schilddak, drie traveeën breed, met een verdieping, de plint en de deur- en vensteromlijstingen van natuursteen.
Los van het huis, tegen de oostelijke perceelsgrens aan, werd een klein koetshuis (twee steekboogpoorten) met stal, "volière" en woongelegenheid voor de tuinier of koetsier opgetrokken. In de jaren 1920 verbrak de volgende eigenaar, Omer Pieret, de symmetrie van het huis aan de linkerzijde door een kleine, gelijkvloerse uitbouw en ondergingen de gelijkvloerse ramen aan de tuinzijde een 'panoramische' verbreding.
Bij de villa werd een siertuin van ongeveer 60 are aangelegd volgens een veel beproefd concept, een variant op het 'schotelmodel'. De 25 meter diepe voortuin vormde een soort van erepleintje met een rotonde en een oprit naar de remise. De eigenlijke siertuin (56 are) lag aan de achterzijde: een 60 meter brede en 100 meter diepe ruimte, ontsloten door een ringpad en omgeven door een bomengordel, momenteel met tamme kastanje (Castanea sativa), fijnspar (Picea abies), reuzenlevensboom (Thuja plicata) en uiteraard ook bruine beuken (Fagus sylvatica 'Atropunicea') – waarvan twee met verbazende stamomtrekken van meer dan 4 meter. In de westrand bevindt zich ook een 'verlopende' witbonte es (Fraxinus excelsior 'Argenteovariegata'). Deze bomen maken waarschijnlijk deel uit van de door Rigaux bestelde aanplanting. Latere toevoegingen zijn een gele trompetboom (Catalpa ovata) en vier canadapopulieren (Populus x canadensis).
Het middelpunt van de siertuin wordt gevormd door een gelobd vijvertje met een stereotiep boogbrugje met balustrades van gevlochten cementen takken. Vermoedelijk werd dit pas in de jaren 1920 aangelegd. Het uitzicht op het achterliggende landschap, noordwaarts, wordt belemmerd door een vrij zeldzame constructie waar het ringpad overheen loopt: een met klimop begroeid heuveltje bekroond met een plateau bedoeld als uitzichtpunt, en doorboord met een naar verhouding brede tunnel, waarin een bewaarruimte voor groenten en fruit werd uitgespaard. De villa biedt een kijk op de vijver en doorheen de tunnel kan een glimp worden opgevangen van het achterliggende landschap, omlijst met goudenregen (Laburnum anagyroides). Opvallend in de struikbeplanting is de grote diversiteit van soorten, naast rododendrons – veelal cultivars van Pontische rododendron (Rhododendron ponticum) – en 'ubiquisten' zoals sneeuwbes (Symphoricarpos albus), gewone mahonia (Mahonia aquifolium) of Deutzia scabra, ook relatieve zeldzaamheden als Europese pimpernoot (Staphylea pinnata) en Oosterse karmozijnbes (Phytolacca esculenta). Het achterste gedeelte van de tuin wordt minder intensief onderhouden en wordt beheerst door een spontane begroeiing met mannetjesvaren (Dryopteris filix‑mas), kleine maagdenpalm (Vinca minor), groot vingerhoedskruid (Digitalis purpurea), reuzenbalsemien (Impatiens glandulifera), wilde hyacint (Hyacinthoides non‑scripta) en vingerhelmbloem (Corydalis solida).
Merkwaardige bomen (Het cijfer in vet geeft de stamomtrek gemeten op 150 cm hoogte. Opname 28 mei 2002)
Auteur: Deneef, Roger
Auteur: Wijnant, Jo
Datum: 2005
Titel Text: Tuin bij de villa van Victor Rigaux
De villa van Victor Rigaux met de vijver en de boogbrug (Vandevorst, Kris, 01-01-2004, ©Vlaamse Gemeenschap)
De 'platformgrot' in de landschappelijke tuin van Victor Rigaux (Vandevorst, Kris, 01-01-2004, ©Vlaamse Gemeenschap)
Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Kadastrale opmetingsschets Bever 1897/1, 1923 en 1926/1.
Kadasterarchief Vlaams-Brabant, legger 212 Bever, art. 1449 nrs. 9 en volgende.
Datering: vierde kwart 19de eeuw,
Typologie: groentekelders, tuin- en parkbeplantingen, tuinbruggen, vijvers, villatuinen